Een patroon van een strokenrok: hoe teken je die zelf...

Een zwierige zomerse strokenrok, leuk shirtje en ceintuur er boven en helemaal klaar voor de zomer. Je kunt 'm maken van een soepel vallende effen stof, van voile, zijde of een dunne krinkelstof.
Je kunt de stroken naar de zoom toe op laten lopen in kleur of iedere strook in een ander maar wel op elkaar afgestemd dessin maken. De rok heeft elastiek in de taille en wordt van enkele stof geknipt. We gaan uit van een roklengte van 68 cm en 4 stroken. De bovenste 2 stroken hebben een breedte van 15 cm, de derde strook strook is 18 cm en de vierde strook 20 cm. breed + 2 cm voor de zoom.
Hoe maak je een strokenrok:
 
Strook 1:(A) Meet je taillelengte en tel daar 6 cm bij op. Zet die maat uit op een horizontale lijn (A). Haaks op de horizontale lijn zet je een verticale lijn van 15 cm uit (breedte van de strook). Teken op de horizontale lijn een tailleband van 2 x de breedte van het elastiek + 1 cm. naadtoeslag.
Geef het midden en een kwart van de strook aan tek.1 
 
Strook 2: (B) Teken strook A en teken daar 1/4 van strook A aan. Strook B is dus =A+1/4 A. Breedte van de strook is 15 cm. 
 
Strook 3: (C): Teken strook B en teken daar een 1/4 van strook B aan. Breedte van de strook is 18 cm.
 
Strook 4: (D): Teken 2 x strook B. Breedte van de strook is 20 cm + 2 cm voor de zoom.
 
Werk alle stroken af met een smalle locksteek of een rolzoompje en zet ze aan elkaar (5). Rimpel alle stroken aan een kant met een rimpelvoet of stik tweemaal met de grootste steek op je naaimachine en verdeel de rimpels gelijkmatig over de lengte van de stroken.
Zet de stroken aan elkaar. Dat kan op twee manieren: goede kant van de stof op elkaar of opstikken (verkeerde kant op goede kant van de stof) zodat je rucherand krijgt.
Sla dan de tailleband om ter breedte van het elastiek en stik rondom. Werk als laatste de zoom af.
 
Alles wat je wilt weten over ruches en rimpelen, is te zien in de videotips van het hoofdstuk Ruches en Rimpels